Ik heb altijd wel iets met
jaartallen. Bij mij komt, wanneer ik me iets herinner, vaak eerst het jaartal
en dan pas, soms na lang nadenken, een datum in mijn gedachten op.
Er zijn een aantal
jaartallen die voor mij voorop staan in de rij.
Natuurlijk 1955, het jaar
waarin ik geboren ben.
Volgens mijn moeder kwam
ik als stevige baby van 8 pond (het zat
er al vroeg in, dat gewicht) precies op de uitgerekende datum.
Mijn broer gaf mij, heel lief,
zijn eigen beer. Deze beer staat nu bij mij in de slaapkamer. Die is alle
verhuizingen meegegaan met me.
Laten we zeggen, dat ik
wist wat ik wilde.
Dit jaartal gebruik ik hier
in Zweden regelmatig. Bij het aanvragen van een pasje voor de supermarkt, het
bestellen op internet, wanneer ik bij de
dokter kom. Overal heeft men je persoonsnummer nodig. Daarop staat ook mijn
geboortejaar.
1971 was het jaar dat ik
met mijn ouders ging verhuizen van Den Haag naar Heerlen.
In Limburg gingen de
mijnen sluiten en men creëerde werkgelegenheid voor het personeel van de mijnen.
Het bedrijf van mijn vader
was al eerder naar Heerlen verhuisd en beetje bij beetje ging het meeste personeel
ook die kant uit.
Ik ging er naar een nieuwe
school en deed er in 1973 eindexamen. Ik heb het gehaald ondanks mijn
examenvrees. In de jaren tot nu toe heb ik een aantal (minder belangrijke)examens
gedaan en gehaald, maar ik heb me heilig voorgenomen, dat ik nooit meer een
examen wil doen.
Dan 1974
Als behoorlijk jong meisje
van 18 jaar ging ik trouwen.
Tegenwoordig zou je gaan
samenwonen, maar toen gebeurde dat wat minder. Dat hadden we wel gedaan een
korte tijd. Maar Ruud kreeg een vaste standplaats in Alkmaar. Wanneer je
trouwde, kreeg je ook een woning aangewezen. Ach, waarom niet?
Het was een gezellige dag.
’s Avonds met de hele familie fonduen, gewoon thuis. Zelf het stokbrood snijden
en helpen de tafels te dekken. De familie kwam met het alfabet en de bijbehorende
cadeaus en daarna gingen we samen weg. Op vakantie naar Zell am See in
Oostenrijk.
Het was februari, er lag
wat sneeuw, maar niet heel veel.
De tweede nacht ging de
vinger van Ruud, waar zijn trouwring aan zat, opzwellen. De volgende dag hebben
we de ring in het dorp af moeten laten zagen. Hij zat iets te strak.
We vatten kou in het
zwembad bij het hotel, dus de rest van de week hebben we snotterend
rondgelopen. Nee, wintersport was niets voor ons.
In 1980 kregen we ons
eerste kind.
De eerste kleindochter
voor onze ouders.
Een kindje met een eigen willetje.
Dat bleek al toen ze geboren werd. Nee, niet op de gewone manier, maar gewoon
eerst met één voet.
Dit soort zaken komt
allemaal in je op, juist omdat ons tweede kleinkind verwacht wordt.
Een spontane meid, die je,
zoals elk kind, weleens het schaamrood op de kaken bezorgde met haar –niet al
te zachte- uitspraken op straat.
Over een dwerg die een
winkel uit kwam: “ hahaha! Kijk nou eens wat een klein meneertje”.
Toen kwam in 1984 onze
zoon.
Die had iets, dat hij
volgens mij zijn hele leven wel zal hebben: snelheid.
Nog geen vijf minuten was
ik in het ziekenhuis en daar was hij al. Dankzij alle rode lichten die we
onderweg naar het ziekenhuis hadden.
Hij houdt van snelheid. Scooters,
auto’s. En het in- en uit elkaar halen ervan.
Hij heeft een
avontuurlijke aard en, hoe kan het ook anders, houdt van wonen in andere
landen.
We hebben fijne kinderen,
we zijn er trots op.
Verder natuurlijk 2000, het
jaar dat mijn vader overleed.
2009, het jaar dat Ruud
met vervroegd pensioen mocht.
2011, onze verhuizing naar
Zweden. Dat is wel een jaartal dat blijft hangen in je geheugen.
Een keuze die je niet
zomaar maakt.
Maar daar heb ik al veel
over geschreven.
En natuurlijk de geboorte van ons
eerste kleinkind. Wat we niet hadden verwacht: heel bijzonder.
Er zijn natuurlijk vele
jaren, waarin er iets gebeurd is, maar die jaartallen blijven op de één of
andere manier niet zo hangen.
Wie? Ik? Ik weet van niets! ;-)
BeantwoordenVerwijderen